Het is 2000, computers blijken de millenniumbug stuk voor stuk prima overleefd te hebben en de eerste Auto van het Jaar van dit millennium is de Toyota Yaris. Het is ook het jaar dat ik door Toyota wordt uitgenodigd om een middag met een Cup-Yaris op het circuit van Zandvoort te rijden. Met mijn eigen stickers ‘Carlo te Lintelo’ op de zijruit probeer ik Paulien Zwart, die dan in de Yaris Cup rijdt bij te houden. Het lukt wonderlijk genoeg redelijk, die auto en die dag vergeet ik nooit meer. En nu, 24 jaar later, mag ik weer het circuit op met een Yaris. 

De eerste kennismaking…
De GR Yaris is er al een tijdje maar met de eerste generatie, die in 2020 op de markt komt, heb ik nooit gereden. Ik sta op Schiphol en ben omringt door collega-journalisten die allemaal al wél met die 260 pk sterke hot hatch gereden hebben. Het mag de pret niet drukken: zo heftig kan een Yaris toch niet zijn? De realiteit kan echter niet veel anders zijn dan dát. Ik mag mee naar Frankrijk, om daar zelf te proeven van de nu nóg heftigere GR Yaris.

Waar hebben we nou eigenlijk mee te maken?
GAZOO Racing, de race-afdeling van Toyota, krijgt de opdracht om een rallyauto op basis van de Yaris te bouwen. Niet voor een lullig kampioenschapje, nee, gelijk maar voor het World Rally Championship. En dus komt vier jaar geleden de vierwielaangedreven Yaris met 260 pk op de markt. Ondanks alle bizarre kosten die met zo’n project gepaard gaan vindt Toyota’s CEO, Akio Toyoda, het een geweldig idee om weer aanwezig te zijn in het WRC. Inmiddels draait de GR Yaris even mee, heeft hij zich bewezen en is het tijd voor een opvolger. Nog sterker (280 pk), nog beter, nog heftiger en nu ook nog eens als automaat. Op naar La Douce France!

Het gaat niet om het uiterlijk? Echt wel!
Bij het geval van de GR Yaris gaat het zéker wel om het uiterlijk want dat maakt een enorm verschil met de normale Yaris. Ik heb het dan niet over bumpers of uitvoering maar over de carrosserie. De GR Yaris is namelijk een driedeurs model en die variant is er dus niet van de normale Yaris. Inderdaad, de carrosserie die je hier ziet is uitsluitend voor de GR! De enige zaken die verwisselbaar zijn met de normale Yaris zijn de koplampen, de spiegels en de antenne. Juist, een compleet andere auto dus. En hoe dat dan oogt? Gedrongen en gespierd, met aardig brede schermen aan de voorkant en simpelweg abnormaal brede schermen achter. De verhoudingen, vooral van de achterzijde, zijn op het perfecte randje balancerend tussen ‘perfect’ en ‘zoek’. Mooi? Nou, mooi is niet het eerste doel van de GR Yaris, het doel is hard gaan. Schofterig hard gaan. Het front oogt zeer agressief, met zijn priemende koplampen en enorme uitsparingen in de bumper. Die bumper is overigens uit diverse kleine delen opgebouwd aangezien er bij rallyrijden geregeld wat stuk wordt gereden. De heren monteurs hoeven dan geen ingewikkelde hele bumper te vervangen maar kunnen simpelweg het aan gruzelementen gereden deel vervangen.

Oké, het innerlijk is ook niet onbelangrijk…
Het interieur zal dan wel semi-normaal uit de normale Yaris zijn overgenomen? Wederom mis! De vorige GR Yaris hard een iets aangepast standaard dashboard maar deze nieuwe versie heeft een volledig uniek design. Voor de neus van de bestuurder een soort mega grote, vierkante, platte kast waarin alles is ondergebracht dat er toe doet. Het doet erg jaren ’80 aan en dat bedoel ik dan zeer positief. Ik krijg er Delta Integrale-gevoelens bij. Toyota noemt dit het Driver First principe. Alles om het voor de bestuurder zo enerverend mogelijk te maken. In het kader van ‘je kunt het de coureur niet prettig genoeg maken’ werd de bovenkant van het dashboard 50 mm verlaagd voor meer zicht naar voor en ging de positie van de binnenspiegel 15 mm omhoog. Gevolg: je zag niet meer zoveel in je spiegel en dus besloot Toyota het derde remlicht dat onder de achterspoiler in de ruit verwerkt was maar te verplaatsen naar de achterlichtunit. Inderdaad, totaal anders dan bij de normale Yaris, wederom.
De knoppen zijn allemaal ondergebracht in een bijna tweedimensionaal vlak en dat blijkt in de praktijk mega intuïtief te werken. Alles onder handbereik en op logische plekken. Ondertussen zit je in een prachtige kuipstoel. Geen harde racekuip, wat van mij ook had gemogen in een pure auto als dit maar oké, ik snap de keuze op dit vlak wel.

Wat zit er verborgen onder dit moois?
De GR Yaris is een ontzettende krachtpatser om te zien maar het gaat bij deze auto eigenlijk meer om de techniek dan om de looks. De GR Yaris beschikte al over de meest krachtige driecilinder in een productiemodel ter wereld, voor Toyota was dat niet genoeg. De nieuwe versie levert 280 pk en 390 Nm uit een 1,6 liter geblazen driepitter. Goed voor ‘zeer inspirerende prestaties’ om het maar even zo te zeggen. De 0-100 sprint wordt afgeraffeld in 5,2 seconden (was 5,5) en de topsnelheid is elektronisch begrensd op 230 km/u.
Om niet alleen nog meer vermogen te leveren maar ook de betrouwbaarheid nog meer te garanderen zijn er ook tal van verbeteringen aan de motor doorgevoerd. De uitlaatkleppen zijn van een ander materiaal, de kleppentrein werd versterkt en de brandstofinjectiedruk is nog verder verhoogd. Nieuwe lichtgewicht zuigers met slijtvaste ringen en een nieuwe inlaatdruksensor maken het af.
Voor Europa is een het Cooling Package, normaal optioneel, standaard. Een extra radiateur zorgt er voor dat er nog langer vol gas gereden kan worden en bij dit pakket zit ook een watersproeier voor de intercooler, die via een knop op het dashboard geactiveerd kan worden.
Voor de techniek-liefhebbers: de carrosserie werd nog stijver door 13% meer puntlassen toe te passen en 24% structurele lijm te gebruiken. Dit alles is gebouwd op een speciaal platform dat alleen voor de GR Yaris dienst doet. De voorzijde is gebaseerd op dat van het GA-B platform, waarop de normale Yaris gebouwd is. Achter werd het grotere GA-C platform gebruikt.
Qua ophanging is het redelijk vertrouwd gebleven maar er zijn wel verbeteringen aangebracht. Aan de voorzijde zijn de MacPherson-veerpoten voortaan vastgezet met extra bouten, zodat er nog meer sterkte en stabiliteit is. Zowel voor als achter werden de veren aangepast.
Tot stilstand komen gaat met fikse 356 mm grote geventileerde schijven met aluminium vierzuigerklauwen. Achter moeten 297 mm jongens de klus klaren. De prachtige remmerij is goed te zien door de 18” lichtmetalen wielen met standaard Michelin Pilot 4S banden. Er zijn eveneens nóg lichtere gesmede wielen leverbaar en die behoren in Nederland tot het Premium-pakket.

Het leukste feitje over deze auto?
Een carbon-look-wrap op het dak van de GR Yaris? Jazeker. Maar niet om het stalen dak aan het zicht te onttrekken. De GR Yaris heeft wel degelijk een écht carbon dak. Op de vraag waarom hier dan een redelijk nep aandoende wrap overheen zit heeft Toyota wel een passend antwoord. Het dak is van gesmeed carbon, dus niet voorzien van de bekende geweven structuur. Het bleek in de praktijk dat mensen deze soort niet kennen en dus niet zo kenmerkend en mooi vinden, dus heeft Toyota voor een carbon-wrap gekozen. Wat ik zou doen? De folie eraf laten halen en het échte carbon dak laten voorzien van een transparante folie.

Actie!
Jaaaa! Als er één auto is waar het theoriegedeelte achter de rug mag worden gelaten dan is het deze GR Yaris wel. Het programma bestaat uit twee onderdelen. In de ochtend mogen we het circuit op, in de middag staan de geweldige bergwegen in de omgeving van Lyon op het programma, inclusief hele trajecten uit de legendarische Monte Carlo.
Yep, de opmerking ‘Maar het blijft werk!’ wordt hier wat lastig te verdedigen. Als ik op het circuit los mag merk ik het al snel: dit is geen gewone hot-hatch, geen getunede uitvoering van een bestaand model. Het eerste dat direct opvalt is de stuurinrichting. Met minimale omwentelingen en een gigantische lading feedback is de GR Yaris van koers te wijzigen. We rijden op een compacte baan met lekkere doordraaiers, strakke hairpins wat aardige rechte stukken. De Yaris is speels maar je merkt aan alles dat ‘lol’ niet het enige was op de eisenlijst van GAZOO Racing. De GR Yaris kan onvoorstelbaar hard de hoek om. De vierwielaandrijving elimineert daarbij iedere vorm van onderstuur en andere vaste recepten bij voorwielaandrijvers. De vierwielaandrijving kan in de normale standen zijn vermogen kwijt van zo’n 60/40% voor/achter tot 30/70%.

Insturen doet de GR Yaris met uitzonderlijke precisie en gaat het gas er op dan duwen de achterwielen je de bocht door, hoe scherp deze ook is. Ondertussen gaat de Yaris er absurd vandoor als je het rechter pedaal intrapt. De 280 zijn overduidelijk meer dan genoeg voor dit rallykanon, al moet gezegd: het chassis en heronderstel kunnen voor mijn gevoel ook makkelijk 400 pk aan. Boven de 100 is de acceleratie boven iedere verwachting en kom je er, al kijkend op je dashboard, steeds weer achter dat je nog harder rijdt dan gedacht.
Op het circuit rijd ik met de handgeschakelde Yaris en de automaat. Oké, die handbak is natuurlijk favoriet maar ik wil toch even rijden met de, speciaal voor deze Yaris ontwikkelde, automaat. Nee, dit is geen automaat die is ontwikkeld omdat je oma van 80 ook een GR Yaris moet kunnen rijden, dit is een automaat die speciaal voor sportieve mensen bedoeld is en alleen leverbaar is in de GR. En dat blijkt, de achttraps automaat schakelt ontzettend snel, waarbij vooral het terugschakelen erg opvalt. Dat het voor mij goed genoeg is moet ook wel: in het Japan Rally Championship, de GAZOO Racing rally Challenge en Super Taikyu Series is uitvoerig gebruik gemaakt van deze versnellingsbak. Het is ook nog eens een ’slimme’ versnellingsbak, die gebruik maakt van software die weet waar je rijdt. Daardoor weet de bak of er een situatie aankomt waarbij geschakeld moet worden. Op uitzonderlijk verzoek van één van de technici heb ik me dus laten verleiden wat rondjes in ‘automaat-stand’ te rijden. Hoewel het ontzettend tegennatuurlijk is op een circuit, blijkt het systeem feilloos te werken: geen enkele keer schakelde de bak op een moment dat het niet gewenst was of andersom. Een top-versnellingsbak dus maar hoe goed ook: doe mij de zeer straks schakelende zesbak maar.


Hoe snel de Yaris ook is op het circuit, er zijn wel meer auto’s die hier uitzonderlijk presteren. Het is tijd voor de echte mensenwereld. De buitenwegen waarvan we op de heenweg naar het circuit al hadden gezien dat die hier en daar zeer uitnodigend zijn. En dat blijkt. Als we het Monte Carlo traject naderen hebben we – ik rij met een collega van Top Gear – al even aardig kunnen proeven van de openbare weg-capaciteiten van de Yaris. Als we aan de denkbeeldige start van Monte Carlo verschijnen blijkt dat er vandaag geen toeschouwers en eigenlijk ook geen medeweggebruikers zijn. Het gas kan er dus op. En hoe! Op deze weg blijkt de scherpte, de communicatie vanuit het chassis en de stuurinrichting nog beter tot zijn recht te komen dan op het circuit. Uniek! De remmen verdienen eveneens een pluim, je schiet je gordels in als je krachtig het middelste pedaal vloert en dat blijft ook zo bij langdurig heftig gebruik.
De slechte wegen hier, met flinke gaten, plotselinge ‘springschansen’, hoogteverschillen en andere veeleisende omstandigheden laten pas echt merken wat deze GR Yaris is: een absoluut rallykanon. Op het circuit zul je met wat pk-genoten of sportwagens nog kunnen aanhaken, maar hier, als Monte Carlo-coureurs, durven we het wel aan: er is simpelweg níets dat hier een GR Yaris bijhoudt.

Dit hoorden we tijdens onze test…
Van de GR Yaris komen twee speciale, gelimiteerde versies, de (Sébastien) Ogier en (Kalle) Rovanperä, beide kampioenen met hun Yaris. Beide versies beschikken over rijmodi die speciaal zijn afgestemd op de wensen van de rijders. De Ogier-versie is te herkennen aan de matgrijze lak en blauwe remklauwen. De Rovanperä-editie, met Donut-modus, is uitgevoerd in een geweldige driekleurige lakafwerking, geheel in stijl van de driftauto van Kalle.

Met dit gevoel brengen we hem weer terug…
“Met welke smoes kunnen we deze nog een keer ophalen als hij in Nederland is…” Wat een pretkanon!